Climats de Bourgogne


Als in de Bourgogne wordt gesproken over ‘climats’ dan gaat het niet over klimaat, maar over de afgebakende percelen die samen het wijngebied vormen tussen Dijon en Santenay. Climats zijn typisch voor de Bourgogne en behoren tot Unesco-werelderfgoed.  Je vindt ze nergens anders: climats bestaan alleen in de Bourgogne. Sinds 2015 zijn ze opgenomen op de werelderfgoedlijst van Unesco omdat het hier een uitzonderlijke manier van wijnbouw betreft. 

Uitgangspunt is dat altijd heel precies duidelijk is van welk perceel een wijn afkomstig is. De percelen zijn nauwkeurig afgebakend aan de hand van hun geografische karakteristieken en zon-expositie. Ze geven aan de wijnen een heel eigen profiel. Er zijn 1247 climats, gelegen in een lange dunne strook van Dijon tot onder Beaune. Elk perceel heeft zijn eigen geschiedenis, geologische kenmerken en weersomstandigheden.


Grote namen 

Chassagne, Puligny, Montrachet: veel namen van climats zijn synoniem aan de – veelal wereldberoemde – grands crus die ze opleveren. Veel van deze namen bestonden al in de middeleeuwen en zijn afgeleid van typische geografische of geologische omstandigheden van het perceel. Zo heeft de aanduiding Romanée te maken met de ligging bij een oude Romeinse weg, verwijst Perrières naar de steenrijke bodem en verwijst Montrachet naar een heuvel in de buurt.


De geschiedenis van de climats van Bourgogne gaat terug naar de Romeinse tijd, dus meer dan tweeduizend jaar geleden. Hiervoor werd in 2008 archeologisch bewijs geleverd in de wijngaard van Gevrey-Chambertin: tijdens de uitbreiding van een buitenwijk werden sporen van 120 antieke wijnstokken uit de eerste eeuw voor Christus opgegraven, netjes op een rij geplant. Alleen bevonden deze zich in de vlakte en niet op de hellingen (zoals nu) van de huidige Côtes de Nuits. Ook de smaak van de Romeinse wijn moet anders zijn geweest: de Gallo-Romeinen voegden kruiden aan de wijn toe, vooral voor conservering. 


Eeuwenoud systeem 

In 92 n.C. verbood de Romeinse keizer Domitianus het aanplanten van nieuwe wijnstokken buiten Italië. Hij liet wijnstokken in Gallië grotendeels ontwortelen om concurrentie te saboteren. De resulterende wijngaarden konden echter voorzien in de lokale behoeften en overleefden het Romeinse edict. In 312 n.C. maakte een leerling van Eumenes van Cardia (generaal onder Karel de Grote) de eerste schriftelijke melding van een wijngaard in de Côte d’Or. Na de Romeinen namen de Cisterciënzer en Benedictijner monniken het stokje over. En later de hertogen van Valois-Bourgogne, de wijnhandelaren, de wijnboeren. Allemaal hebben ze bijgedragen aan het magnifieke systeem van de climats de Bourgogne.


In en rond de climats wordt graag feestgevierd. Al honderdvijftig jaar lang wordt op de derde zondag van november de wijnveiling van de Hospices de Beaune gehouden, waarvan de opbrengsten naar goede doelen gaan. De verkoop van de wijnen van de Hospices de Beaune – de beroemdste wijnveiling ter wereld, georganiseerd door veilinghuis Christies – is een groots en feestelijk gebeuren voor wijnprofessionals en wijnliefhebbers. 

Januari is de maand van Saint Vincent Tournante, een rondreizend evenement ter ere van de heilige Vincentius– ‘vin saint’, beschermheilige van de wijnboeren – met talloze optochten, proeverijen en banketten. En elke maand komt de Confrérie des Chevaliers du Tastevin samen op kasteel Clos de Vougeot om met wijnliefhebbers aan tafel te gaan. Juni is de ‘Maand van de Climats’ (le Mois des Climats). Hierin wordt de Unesco-status gevierd met bezoeken, proeverijen, wandelingen en andere smakelijke en feestelijke evenementen. 


Clos & cabotes 

In het mooie landschap van Bourgogne vind je veel stenen muurtjes en zogenoemde cabotes; typische wijnbouwershutjes van gestapelde steen die dienen als schuurtje en schuilplek voor de wijnboeren. Ook de ‘clos’, de door stenen omsloten wijnpercelen met in het midden soms een klein kasteel, bepalen samen het landschap van les climats.  

De climats de Bourgogne zijn een voorbeeld van hoe wijnbouw een landschap kan bepalen. In een periode van tweeduizend jaar is in Bourgogne een bijzonder en indrukwekkend erfgoed ontstaan dat wordt getypeerd door de stenen muurtjes en cabotes in de wijngaarden, de wijnbouwershuizen in de dorpen en monumenten in steden als Dijon en Beaune. Het getuigt van de grote menselijke inspanningen – vanaf de tijd van de oude Romeinen tot en met de huidige wijnboeren – die in de loop der tijd de climats hebben gevormd en in stand gehouden.